TRIATLEET BAS GROOTHEDDE
‘Sporten is bijna soort meditatie’
Kwarttriatlon in Weert (EK), de Halve van Haamstede, kwarttriatlon in Lausanne (WK)... mooie wedstrijden, maar uiteindelijk vormden ze voor Bas Groothedde uit Zierikzee ‘slechts’ de voorbereiding op dat ene grote doel dit jaar: het Europees Kampioenschap Long Distance triatlon in Almere afgelopen 14 september: 3,8 km zwemmen, 180 km fietsen en 42,2 km lopen. Aan de horizon ligt nu een nog veel groter doel. “Ooit wil ik deelnemen aan de Ironman in Hawaï. Dat is het ultieme.”
TEKST JBARRY HAGE • BEELD ERNESTA VERBURG
GEZIN
In de verbetenheid van zijn dochter Elsje herkent de 47-jarige Bas Groothedde zich nog het meest als sporter. “Zij heeft het felle in hockey dat ik als voetballer had.” En qua trainingsethos komt zoon Sam – met zo’n vijftien uur per week – het meest in de buurt. Bas denkt niet dat hij ze heeft aangestoken met het fanatieke sportvirus. “Nee, die motivatie komt helemaal uit hunzelf.” Ook vriendin Hanneke, weliswaar iets minder fanatiek, is regelmatig in de sportschool of het zwembad van Laco te vinden.
Centraal in zijn thuiskantoor in Zierikzee hangt een groot planningbord met trainingen en wedstrijden. “Het goed organiseren van trainingen met betrekking tot het gezin is het moeilijkste. Wie kookt, wie doet de boodschappen, wie haalt wie op? Daaromheen plan ik mijn trainingen. Bijvoorbeeld ’s ochtends vroeg hardlopen, zodat ik 7.00 uur weer thuis ben. Ik heb ook wel eens mijn fiets meegenomen toen Sam ergens een turnwedstrijd had. Kon ik daar trainen. Maar het schuurt soms wel. Zeker dicht richting wedstrijden. Daarom plan ik alles heel strak. Ook vanwege de werkzaamheden voor mijn bedrijf. Sommigen vragen zich af hoe ik het allemaal doe, maar iedereen heeft 24 uur. Uit de Boeddhistische hoek komt het citaat: ‘We hebben niet te weinig tijd, maar we verspillen heel veel.’”
WERK
Bas zijn bedrijf ArgusI (spreek uit als argus eye, oog van argus) is gevestigd in Breda en telt vijftien werknemers. “We analyseren data in productie- of transportbedrijven. Zo krijgen bedrijven inzicht in de huidige situatie. Van daaruit kun je optimaliseren. We doen alles op basis van cijfers, op feiten gebaseerd.” De werkzaamheden strekken zich uit van internationale bedrijven met hun hoofdkantoor in de Benelux tot aan ondernemingen in Zweden, Engeland, Amerika en Mexico.
Kun je een goed bedrijf runnen én veel sporten? “Ik draai het om. Zonder sport zou ik het werk niet volhouden. Als baas vragen mijn werknemers voortdurend aandacht. Sporten is zo lekker simpel. Als je harder traint, ga je harder. Alles is onder controle. Op de fiets hoef je alleen te sturen en kijken of je nog harder kunt. Dat simpele… sporten is bijna een soort meditatie. En inmiddels ben ik zo goed getraind dat ik makkelijk twee uur kan hardlopen zonder dat het moeite kost. Ik kom dan in een staat van rust.”
Rust, het staat in groot contrast met de hectische periode waarin zijn bedrijf de afgelopen periode verkeerde. “Mijn compagnon is recent uit de zaak gestapt. Spannend en stressvol. Dat vrat energie. Hoe harder het op het werk knelt, hoe harder ik train. Sport is een enorme uitlaatklep. Bovendien heb ik de beste ideeën als ik sport. En als ik bijvoorbeeld ’s ochtends vroeg zwem en daarna een meeting heb, ben ik messcherp. Als je niet goed in je vel zit, mis je de focus en belangrijke signalen van andere mensen.”
“Als ik 's ochtends vroeg zwem en daarna een meeting heb, ben ik messcherp”
SPORT
Twee keer per jaar wil Bas pieken. Daar zijn alle trainingen op gericht. “Ik heb een boek van triatleet Matt Dixon. Zijn methode past bij iemand die gewoon werkt. Als ik voorheen een training miste, baalde ik enorm. Ging ik dat inhalen of langer trainen, maar dat is juist niet goed. Dixon stelt dat als je de kerntrainingen goed uitvoert, je daaromheen flexibeler kunt zijn. Dat haalt de druk eraf. Heel fijn.”
De parallel tussen zijn bedrijf, dat op wetenschappelijke basis werkt, en zijn sportbeleving is overduidelijk. “Het gaat erom continu je kennis te vergroten van wat je doet en daardoor kunt verbeteren. Daarvoor heb je tegenwoordig prachtige software.” Bas toont op zijn computer allerlei stipjes en curves. “De stipjes zijn mijn trainingsmomenten. Eén curve geeft mijn fitheid weer en de ander mijn vermoeidheid. In het begin trainde ik veel te hard. Dan ging de curve snel omhoog, maar op den duur stagneerde dat. Was ik te vermoeid. Het heeft mij vijf jaar gekost, maar ik weet inmiddels steeds beter hoe mijn lichaam werkt. Zie wanneer ik mijn rust moet pakken. Alles is gepland om twee weken voor mijn race op het hoogste punt van fitheid te komen. Dan rust ik, gaat de fitheid iets naar beneden, maar daalt de vermoeidheid enorm! Dan komt de vorm, de derde curve. Professionele atleten gebruiken deze scores ook. Als je je er een beetje in verdiept, is het ook voor amateurs bereikbaar. Toch zijn er maar weinig mensen die het zo gebruiken als ik. Dat wetenschappelijk onderbouwde, vind ik fijn. Hoe ik mij voel, zie ik bevestigd in de curves.”
Nog een voorbeeld van zijn wetenschappelijke benadering. Met sensoren op zijn schoenen mat hij hoe hij precies liep. “Ik heb ook stickers op mijn gewrichten geplakt en mezelf gefilmd tijdens het fietsen. Zo kon ik de hoeken meten. Vervolgens heb ik opgezocht wat de ideale hoek is om het meest efficiënt kracht over te brengen. Ik zocht een compromis tussen comfort en rendement. Ik lees dan gerust Engelstalig wetenschappelijke boeken. Dat ben ik gewend vanuit mijn studie.”
Uiteindelijk draait het vooral om mentale hardheid. “Laatst had ik een training bij de Oesterdam: fietsen, lopen en dan weer fietsen en lopen. Een training om hardheid in de spieren te creëren. Er was kou, wind en regen. Je komt in ademnood, alles brandt en doet zeer. Tijdens een wedstrijd kunnen mensen dat opbrengen, maar kun je dat ook op een regenachtige zaterdagochtend vroeg? Tachtig procent van het succes is goed getraind aan de start van een wedstrijd staan. Die wedstrijddag zelf is het makkelijkste van het hele traject.”
FOCUS
“Het diepst kan ik gaan als ik compleet gefocust ben. Op de fiets kun je het langst pijn lijden. Dat zit ik voorovergebogen en druppelt mijn zweet in een vast ritme op mijn arm. Daar kan ik onwijs van genieten. Dan draait heel mijn lichaam zoals het moet. Het is bijna een soort trance. Dat soort momenten in een race onthoud ik. Een keer reed ik tijdens een wedstrijd op de Maasoever in Rotterdam. Mensen op de brug zagen mijn shirt van Nederland en juichten. Ik wist dat Hanneke daar ook stond. Ik besefte dat ik sterk was. Ik kon even boven mijzelf hangen en genieten. Kippenvel.”
“In Marbella had ik zo’n bijzonder moment tijdens het zwemmen. Dat is best een eng onderdeel, want dan controleer je het minst de omgeving. Je krijgt af en toe een tik, er wordt over je heen gezwommen. Juist dan probeer ik niet in mezelf te keren. We zwommen door de branding, de zon kwam op over de bergen en gaf de zee een rode gloed. Ik keek naar achteren door het heldere water naar al die voeten. Fantastisch! Ik was volkomen ontspannen en zwom goed.”
“In wedstrijden krijgt iedereen te maken met momenten dat lichaam en hoofd zeggen: je bent te moe, stop! Als je echt lekker in de wedstrijd zit, buig je dat om, ga je erdoorheen. Ik heb een riedel in mijn hoofd dat mij helpt: ‘7-4-7’. Ik mag tijdens het zwemmen zeven keer twijfelen, vier keer bij het fietsen en zeven keer bij het hardlopen. Twijfel ik omdat ik bijvoorbeeld een tikje krijg bij het zwemmen, kom ik op zes. Als ik op nul kom te staan, mag ik opgeven van mijzelf. Dat heb ik zelf bedacht. Ik heb veel gelezen over de toppers en bijna allemaal hebben ze iets dergelijks in hun hoofd. Het controleren van negatieve gedachten is een bepalende factor of je succes hebt. Ook in ons werk is dat zo. We komen vaak in bedrijven waar het makkelijk is over problemen te praten. Je vindt altijd wel bevestiging waarom iets niet kan werken. Mijn collega’s en ik gaan daarin niet mee. Breken erdoorheen en zoeken naar oplossingen.”
“Tachtig procent van het succes is goed getraind aan de start van een wedstrijd staan”
VOEDING
Voeding tijdens het sporten pakt Bas eveneens grondig aan. “Eigenlijk is er bij de triatlon een vierde discipline: voeding. Het is de grootste faalfactor. Je moet ook dat trainen. Ik heb allerlei voeding getest en neem mijn eigen gelletjes mee naar wedstrijden. Ik pak niets aan dat langs de kant wordt aangeboden. Anderen doen dat wel. Dan valt dat soms niet goed en moeten ze afhaken. Hebben ze daar een heel jaar voor getraind.”
In het gezin wordt gezond gegeten. “Maar niet eens zozeer vanwege het sporten hoor. Hannekes vader heeft een groentewinkel dus we hebben altijd verse groenten. Door mijn sport heb ik wel veel meer kennis van voeding gekregen.”
AMBITIE
Hoe is Bas gegroeid naar zo’n extreme sportbeleving? “Ik moest stoppen met voetballen vanwege mijn knie. Toen ben ik meer gaan wielrennen en had ik de Ronde van Vlaanderen als doel. Een mooie race over de kasseien. Daarna zei iemand als grapje: what’s next, Ironman? Dat is blijven hangen. Ik zocht op wat het was en was meteen gebiologeerd. Ik vond het prettig wat naast mijn veeleisende werk te hebben. En als ik een doel heb, ga ik er helemaal voor. Vijf jaar geleden schreef ik me in bij de snelle groep voor een kwarttriatlon in Veenendaal. Het is net als met Pippi Langkous: ik heb het nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan. Dat is niet arrogant bedoeld, maar die houding heb ik altijd gehad. Ik ben gepromoveerd op een onderwerp waarover ik aanvankelijk niets wist. Ik moet mezelf overtuigen dat ik iets niet kan, terwijl veel mensen juist denken ‘zou ik het wel kunnen’.”
Ultiem doel is het wereldkampioenschap Ironman Hawaii in Kailua-Kona. “Een begrip. Daar is de triatlon Ironman ontstaan. Wie dat volbrengt, is van ijzer. Toen ik vijf jaar geleden opzocht wat die race inhield, schrok ik wel: 3,8 km zwemmen, 180 km wielrennen en een marathon. Een race van rond de 9,5 uur. Vele zouden bij het lezen alleen al afhaken. Ik heb me verdiept in wat ervoor nodig is dat te bereiken. Dat was naïef en overmoedig, maar nu ben ik inmiddels zover dat ik denk: op een goede dag zou ik mij kunnen kwalificeren. Ook al zijn bijna alle concurrenten in mijn categorie atleten met veel ervaring en soms oud-prof. Ik kom steeds dichterbij dat selecte clubje. Binnen nu en twee jaar wil ik mij kwalificeren.”
Een ‘tussenmeting’ had hij vorig jaar met de Ironman in Frankfurt. “De hele Europese top was daar en ik wist dat ik me niet zou kwalificeren voor Kona. Dat nam de druk weg. Het ging goed en ondanks dat het zwaar was heb ik enorm gegoten. Ik had een mijlpaal bereikt. Ik kwam terug en had meteen in mijn hoofd op welke manier ik dingen wilde gaan verbeteren.”
Recent voltooide hij het Europees Kampioenschap triatlon in Almere. “Ik wilde een keer deze vlakke doen. Bijna alle Ironmans die ik doe, hebben veel hoogtemeters. Ik ben eigenlijk te zwaar voor het klimwerk. Vlak ligt mij meer en dan rammen. Gaan zitten en stampen.”
Hij kijkt uit naar de Kustmarathon op 5 oktober. Bas (lachend): “Alleen maar lopen dus dat is makkelijk.” Hij hoopt op wind en regen. “Een van de mooiste edities was die met windkracht 8. Liepen we als groep kop over kop. Fantastisch.”
Maar is zo extreem sporten wel gezond? “Het alternatief, voordat ik hiermee begon, was veel ongezonder. Ik was 10 kilo zwaarder, at niet gezond, werkte te veel en zat veel in de auto. Ik heb me nog nooit zo sterk en fit gevoeld als nu. En ondanks mijn leeftijd word ik nog steeds beter. Het is een dun draadje om alles in balans te houden, maar ik zit dicht tegen topsport aan.”