Clubleven
Sportfamilie Bakelaar
‘Laco is ons tweede huis’
WELKOM
Hoe vergaat het nieuwe leden bij hun club?
GEHEIM DOMEIN
Kijkje in de kleedkamer
STILLE KRACHT
De scheidsrechter
SPORTFAMILIE BAKELAAR
‘Laco is ons tweede huis’
“Let maar niet op de rommel”, verontschuldigt Patricia Bakelaar zich, zodra we haar huis in Den Bommel betreden. “We hebben hier net acrokamp gehad met 29 kinderen van Delta Sport.” Er is een ruime woonkamer, grote schuur, aparte eetruimte, paardenbak en overdekt zwembad.
Was het kamp een ‘thuiswedstrijd’, de rest van het jaar zijn Patricia en haar dochters Chayenne (12 jaar), Melissa en Larissa (tweeling van 9 jaar) voornamelijk op pad. “M’n dochters zitten op turnen én acrogym. Dat betekent 9 tot 10 uur trainen per week.”
Liefst vier keer in de week rijdt Patricia heen en weer tussen Den Bommel en Laco in Zierikzee. “Ik vind het heerlijk te zien hoe de kinderen genieten en trots zijn op wat ze bereiken. En de groep – kinderen en gymnasten – is ontzettend leuk. Ook op het acrokamp zag ik dat ze leuk en lief met elkaar omgaan en elkaar helpen, jong en oud.”
Glitterpakjes
Naast haar eigen pretecho-bureau, het rijden, trainen, zelf sporten en bestuurslid bij Delta Sport zijn, heeft Patricia nog tijd gevonden glitterende acrogympakjes voor de teams van haar dochters te maken. “Acro is een teamsport waar ze in twee- of drietallen sporten. Elk team heeft dezelfde pakjes. Leuk om die te maken.”
Snoepwinkel
Een open talentendag was de eerste kennismaking met Delta Sport. Patricia: “Die turnhal, dat is net een snoepwinkel. Als je ziet wat er staat en kan. Na een extra training had Chayenne een glimlach van oor tot oor. Het betekende wel steeds een trip naar Zierikzee, maar het belangrijkste is dat je dochter het naar haar zin heeft.” Nadat Chayenne was overgestapt, volgden later haar jongere zussen.
Keuzes maken
De vele sporturen betekent dat soms lastige keuzes maken. “Verjaardagsfeestjes komen soms lastig uit. Acro kun je niet zomaar afzeggen, want dan laat je je team in de steek. Soms gaan ze wel naar het feest, maar gaan ze eerder weg en eten ze in de auto.”
Chayenne maakte zelf een duidelijke keuze qua middelbare school: één waarbij er minder huiswerk is en er veel gelegenheid is het op school af te maken. “Al moet ze nog steeds goed plannen en voorwerken.”
“Die turnhal, dat is net een snoepwinkel. Als je ziet wat er staat en kan”
Cursussen
Ondanks de drukke agenda neemt Patricia ook nog plaats in de schoolbanken. “Ik wil een jurylidbrevet voor acro halen – fijn om als trainster te weten waar ze in de beoordeling precies op letten – en de turncursus ‘assistent-begeleider niveau 2’ doen. Is even pittig, maar ik stap er gewoon in.”
En vader des huizes Anco? “Die heeft niet veel keus met meiden die allemaal ratslagen door de kamer maken en continu showtjes geven.”
Een drukke agenda
Drukke agenda
MAANDAG
“Dan trainen mijn jongste dochters. Vertrekken we hier iets voor 16.00 uur en zijn na achten thuis.”
DINSDAG
“Sinds kort geef ik 1 uur gymles hier op het dorp. M’n dochters helpen daarbij.”
WOENSDAG
“Chayenne traint om 16.30. Gelukkig kan ze met iemand uit Achthuizen meerijden. Ik vertrek dan later met Larissa en Melissa. Ik geef dan ook les van 18.00-20.00 uur.”
DONDERDAG
“Ik geef eerst om 17.00 uur les aan de jongere C-groep en daarna aan de oudere, waarin Chayenne zit. Ze kijkt of ze kan gaan helpen bij de recreatie in de tijd dat ik de jongste groep lesgeef en zij nog moet wachten.”
VRIJDAG
“Dan heb ik niets. Dat is voor mijn man Anco ook wel fijn.”
ZATERDAG
“Dan zijn we heel de dag in Laco. Stappen we iets voor 8.00 uur in de auto en komen net voor 18.00 uur thuis. Eerst is de acroles van mijn kinderen, waar ik ook lesgeef. Daarna kleed ik me als een speer om en sport met de recreatieve acrogroep. Daarna trainen Larisssa en Melissa 3 uur met de B-selectie. Chayenne traint met de C-selectie, waar ik eveneens lesgeef, van 14.00-17.00 uur.”
ZONDAG
“Dat is onze rustdag.”
Welkom
Hoe vergaat het nieuwe leden bij hun club? Waarom sloten ze zich
erbij aan en welke eerste stappen maken ze bij hun nieuwe vereniging?
BERTIN VAN DER LAAN (34 JAAR)
DARTVERENIGING DUIVELAND
MACHIEL SCHOT (22 JAAR)
MZC
CHANTAL MALY (37 JAAR)
FOK- EN MENVERENIGING
SCHOUWEN-DUIVELAND
‘Het begon weer te kriebelen’
“Sinds begin dit jaar ben ik competitie gaan darten bij Dartvereniging Duiveland. Een tijd lang heeft het darten op een laag pitje gestaan. Als 16-jarige begon ik bij Neffen d’Eule. Speelden we onderling op vrijdagavond. Daarna ben ik competitie gaan spelen bij DC De Vanger en even later zelfs met een tweede competitie in Maasdam in de Hoeksche Waard. Ik woonde nog thuis en had tijd om veel te trainen: het was werk, eten en daarna meteen darten. We speelden veel wedstrijden en gingen toernooien in de regio af. Soms zelfs met de boot naar Zeeuws-Vlaanderen! Het was mijn hobby naast voetballen bij SV Duiveland.
Op den duur belandde het op een laag pitje. Ik kreeg een vriendin en hebben een kleine meid op de wereld gezet. Drie jaar geleden is Dartvereniging Duiveland opgezet en ging ik af en toe meegooien en een drankje doen. Via mijn broer Pim hoorde ik steeds meer verhalen dat ze een clubje fanatieke jongens hadden... Het ging steeds meer kriebelen. Ook dankzij teamcaptain Jan-Willem Bolle. We spelen nu in de 1e divisie van de Zeeuwse Dart Federatie.”
‘De meeste jongens kende ik al’
“Het bevalt goed, al heb ik nu even een voetblessure. Doel is om een basisplek in het eerste te veroveren. Dit is mijn eerste jaar bij de senioren van MZC, maar ik kende de club al vanuit de jeugd. Ik ben bij Mevo begonnen, heb de jeugd doorlopen en de fusie meegemaakt. Als tweedejaars A-junior ben ik van MZC naar SKNWK 1 gegaan, want daar zaten veel van mijn vrienden. Na drie seizoen ben ik nu dus teruggekeerd. Op het bedrijventoernooi van MZC ben ik benaderd, want ze hadden een spitsentekort. Qua sfeer is SKNWK niet anders dan MZC, die is bij een voetbalclub altijd wel goed. Qua niveau is er wel duidelijk verschil. MZC is meer prestatiegericht en we spelen ook hoger. Een rondo is hier al fanatiek. Bij MZC zijn de trainingsoefeningen vrijwel altijd met de bal, terwijl je bij SKNWK soms loopoefeningen had.
Echt wennen hoefde ik niet, want alle spelers ken ik en met velen heb ik nog in de jeugd gespeeld. We hebben een jong team. De oudste is Mike Bakker van 29 jaar, die ook van SKNWK is overgekomen. Een beetje meer ervaring zou fijn zijn, maar het is niet anders.”
‘Hier ligt de nadruk op gezelligheid’
“Twee jaar geleden zijn we verhuisd van Walcheren naar Serooskerke op Schouwen-Duiveland. Vorig jaar heb ik me hier bij Fok- en Menvereniging Schouwen-Duiveland aangemeld. Er was een najaarsrit waarvoor je je ook als niet-lid kon aanmelden. Dat was een oproep via Facebook. Daar ben ik naartoe gegaan. De saamhorigheid tijdens dat evenement viel mij op. Ik ben ook nog lid van een fok- en menvereniging op Walcheren, maar dat is veel meer wedstrijdgericht. Hier op Schouwen-Duiveland ligt de nadruk echt op de gezelligheid. En die saamhorigheid van die eerste keer merk ik nog steeds. Regelmatig worden er recreatieve evenementen georganiseerd en als er een wedstrijd is, dan is dat meer om te oefenen dan per se te moeten winnen. Iedereen is leuk met elkaar en de sfeer is uitstekend. Het is echt ons kent ons.
Sinds we in Serooskerke wonen, hebben we een fokkerij opgezet. Dat is puur hobbymatig. Het heet wel ‘fok- en menvereniging’, maar de meeste leden mennen alleen. Het streven is ieder jaar een leuk veulen te maken. Een Fries of een Arabo-Fries.”
Geheim domein
De kleedkamer is het terrein van sporter en coach. De deur blijft voor buitenstaanders dicht. SD SPORT verschaft zich eenmalig toegang.
IN BRUINISSE MAAKT ‘BRU’ 4 ZICH OP VOOR HET BEKERTREFFEN TEGEN NOAD’67 4. Leider en aanvoerder Johan Benard regelt de opstelling. Met een vaste groep van 15 à 16 spelers is de bezetting doorgaans goed op orde. Johan: “Maar daar moet ik een week voor de wedstrijd wel achteraan zitten. Veel zijn er papa en hebben soms andere verplichtingen of sommigen zitten met werk. En we zijn al wat ouder dus ook blessuregevoeliger.”
Vandaag zijn twee jongens van het derde van de partij. Een jonge speler van 19 jaar die mee zou doen, komt uiteindelijk niet opdagen. Johan geeft ook vooraf aan wie met wie wisselt. “We wisselen om de 22 minuten. Iedereen komt ongeveer evenveel aan voetballen toe.” De sfeer is relaxed en er is geen harde muziek. “Soms luisteren we met verbazing naar wat uit andere kleedkamers komt. Zo’n herrie, dat wij elkaar al bijna niet meer kunnen verstaan. Wij maken liever een lolletje onderling. Vroeger ook al, maar ja, een andere generatie.” Na twee winstpartijen wordt ook Noad’67 verslagen: 5-0.
DE OPSTELLING MET OPDRACHTEN PER SPELER HANGT OP, DE ‘STAMPMUZIEK’ GAAT AAN. MZC 3 bereidt zich voor op het bekerduel met Terneuzense Boys 3. Kort voor aanvang houdt trainer Gert de Jonge nog een kort praatje: “Sommigen moet ik rustig krijgen, die zijn te zenuwachtig. Anderen moet ik juist opporren.” De opstelling is vrijdags gemaakt door trainer Robin in ‘t Hout. Gert: “Die kent de jongens voetballend beter. Hij overlegt nog wel met mij of ik het ermee eens ben.” MZC 3 heeft een flinke selectie en bij wedstrijden vaak vijf wissels. “We mogen vijf keer wisselen, maar toch is het lastig. Heel het team wordt namelijk omgegooid.” Na twee bekernederlagen wordt nu overigens wel gewonnen: 2-0. De stampmuziek kan weer aan.
TRAINER MARIKO ROUW HELPT DENNIS HANSE MET ZIJN VETERS. De rest staat al te popelen om naar buiten te gaan. “Het is aankleden en dan snel naar buiten, want anders wordt het speelkwartier in de kleedkamer”, aldus Mariko, die samen met John Dorreman een trainersduo vormt. “Buiten hebben we een korte bespreking. Iets van ‘help elkaar’. Een echte opstelling is er niet, maar de jongens weten wel of ze verdediger, middenvelder of aanvaller zijn.”
Het team, dat voornamelijk bestaat uit spelers van Scharendijke en Haamstede, komt na de warming-up nog snel even samen voor een teamyell. Mariko: “Die verzinnen ze zelf.” Helpen deed het niet. FC De Westhoek verloor met 24-0. “Gelukkig zijn ze dat altijd snel weer vergeten. Het plezier blijft.”
Stille kracht
Vrijwilligers vormen het fundament van elke vereniging. Onbaatzuchtig zetten zij zich in. Een speciale rol vervullen de scheidsrechters. Zonder hen geen eerlijke wedstrijden.
KOEN DE BRUIN (23 JAAR)
HV DELTA SPORT
HENK VAN DONK (56 JAAR)
BASKETBALVERENIGING MEVO’80
AART VAN DE WEKKEN (63 JAAR)
MZC
‘Ik fluit zoals ik wil dat er bij mij wordt gefloten’
“Heel ons eerste team fluit bij de jeugd. Ik doe dat nu zo’n zes jaar. De ene heeft daar meer moeite mee dan de ander. Spelers klagen regelmatig over scheidsrechters, maar als je het zelf doet, merk je hoe moeilijk het is. Ik fluit zoals ik wil dat er bij mijn wedstrijden gefloten wordt. Ik laat veel doorgaan, terwijl bij onze wedstrijden vooral oudere scheidsrechters te vaak ingrijpen. Dat komt het tempo van de wedstrijd niet ten goede.
Bij handbal is er wel respect voor scheidsrechters. Er is ook geen tijd om te protesteren, want na een overtreding mag het spel meteen hervat worden. Dit jaar ben ik aanvoerder, dan ben je sowieso bewuster met respect bezig.
In de jeugd heb ik een scheidsrechterscursus gehad van een oud-eredivisiescheidsrechter, die ook een oud-Delta Sporter is. Nu geven wij als eerste team cursussen aan de jeugd. Vanuit de bond zijn er steeds minder officiële scheidsrechters, dus heb je voor je jeugdwedstrijden eigen leden nodig.”
‘Ik heb de ervaring om het goed te zien’
“Toen ik bijna dertig jaar geleden begon bij Mevo’80 ben ik vrijwel meteen gaan fluiten. Leuk om te doen en er was een tekort. In de jeugd fluit ik eigen teams en bij de senioren wordt de vereniging aangewezen wedstrijden van andere clubs te fluiten. Pas beginnende scheidsrechters laten fluiten bij de senioren vind ik niet handig vanwege de snelheid van het spel, de trucjes, het even vasthouden, een handje verder uitsteken dan nodig… Ik heb de ervaring dat goed te zien.
Het is een eis van de bond dat iedereen moet kunnen fluiten, maar niet iedereen vindt het even leuk. Je moet er ook tegen kunnen dat er iets tegen je wordt gezegd. Er wordt nu meer gescholden dan tien jaar geleden. Mooi is het als beide teams, ook de verliezer, zeggen: ‘Goed gefloten’. We hebben voor het eerst geen herenteam dus zal de club ook minder door de bond opgeroepen worden wedstrijden te leiden. Maar er is aanwas bij ons voor een miniteam. Zou kunnen dat ik die ga fluiten.”
‘Ik merk veel respect richting mij’
“Vijf jaar geleden ben ik begonnen met fluiten bij MZC. Vroeger had ik daar vanwege m’n werk geen tijd voor. Ik vind het leuk een bijdrage aan de club te leveren en om de jeugd op het goede spoor te houden. En als ik zoiets doe, doe ik het voor de volle honderd procent. Ik zit er kort op, luister als er commentaar is en probeer goed te communiceren. Een goede wedstrijdleiding kan een berg irritatie voorkomen.
Natuurlijk is zelf voetballen het leukste, maar ik ben nu op een leeftijd dat dat lastig is. Ik ben gestopt bij SC Zierikzee. Fluiten op zaterdag bij MZC én zondag voetballen werd te veel. Fluiten is makkelijker vol te houden, want je hoeft geen bal te trappen of koppen.
Het maakt niet uit welk team ik fluit. Ik doe voornamelijk jeugd en af en toe senioren. Ik hou van pittige wedstrijden met wel een bepaald voetbalniveau. Ik merk veel respect richting mij als scheidsrechter. Komt ook door de jeugdtrainers die daar goed op hameren. Ik fluit om de week, omdat om de week mijn vrouw Ellie thuis is.”