FIT HET SEIZOEN IN

In de zomer verwelkomt Schouwen-Duiveland weer vele toeristen. Hoe stomen een camping-eigenaar, eigenaar van een ijssalon en een horecabaas zich hiervoor fysiek klaar? Is er in de zomer nog tijd sportief te ontspannen?

TEKST BARRY HAGE • BEELD SD SPORT

DANNY VAN OEVEREN (CAMPING JULIANAHOEVE, RENESSE)

Hoewel hij als voetballer ooit een hekel had aan lopen, doet hij dat tegenwoordig vol overtuiging. “Ik voel me fitter en het is makkelijk: thuis­komen, schoenen aan en naar buiten”, aldus Danny van Oeveren van Camping Julianahoeve in Renesse. “Zeker in deze omgeving is het geweldig.” 

“In de winter heb ik meer tijd om me voor te bereiden op een run. Ik had voor maart de City-Pier-City Loop in Den Haag voor ogen, maar die kwam net iets te vroeg. Nu train ik voor de Halve van Renesse in mei. Dan begint weliswaar het seizoen, maar dan ben ik al ver genoeg gevorderd en is het een kwestie van bijhouden. Ik heb zo’n doel echt nodig, moet ergens naartoe kunnen werken. Mijn eerste marathon was die van Rotterdam in 2012. Dat was in april, zodat ik er in de winter voor kon trainen.”


LASTIG

“Ik ben wel eens ’s zomers bezig geweest voor de Kustmarathon, die in oktober is. Dat is ‘een hele’ én ook nog eens door het zand. Dan ging ik er bijvoorbeeld 5.30 uur uit om lange afstanden te lopen. Ik had de pech dat een paar weken voor de wedstrijd een tegel op mijn voet viel. Maar naar zoiets opbouwen in het zomerseizoen is eigenlijk te lastig. Er worden op de camping dan bijvoorbeeld ook meer activiteiten ’s avonds georganiseerd.”

“Ik doe niet zoveel met Facebook, maar af en toe zet ik er een run op. Dat is dan een extra stimulans om er dan ook écht voor te trainen, want mensen zien dat. Via de Runkeeper-app van Asics kan ik een loopschema maken. Ik voer een begindatum in, het doel, wat aanvullende gegevens en dan rolt er een schema uit. Een goede opbouw scheelt blessures!”


UITLAATKLEP

“Soms pak ik de mountainbike en ga naar het strand en de Domeinen. Als ik lekker meters wil maken, neem ik de racefiets. De routes zijn hier mooi, zoals buitendijks langs de Oosterschelde richting Zierikzee. In de zomer word je door het werk toch iets meer geleefd. Omgaan met gasten geeft energie, maar ik heb ook een uitlaatklep nodig. Hoofd leegmaken of juist ideeën opdoen. Dus zodra ik kan, probeer ik het sporten bij te houden.”

MARCEL DEN BROEDER (IJSSALON ICE AT SEA, RENESSE)

Tot in zijn diepste vezels is hij een horecaman. Marcel den Broeder uit Renesse werkte liefst 24 jaar bij Beach­club Perry’s. Hij stopte er in 2013, reisde naar Colombia en Peru, leerde Spaans, werkte in Duitsland, België en Suriname en keerde weer teurg naar Schouwen-Duiveland. Daar runt hij voor het tweede jaar IJssalon ICE AT SEA. “Door elke dag te sporten, kan ik het seizoen aan.” 

“Niets is zo dynamisch als strandhoreca. Als de zon gaat schijnen, ga je ineens van twee tafels naar een volle zaak. We hadden bij Perry’s periodes van driehonderd eters per avond. En er zijn veel bijkomende zaken, zoals zand schuiven, stroomtuitval, … Je hebt een helikopterview nodig en moet snel kunnen schakelen. Die periode heeft me gevormd. Daardoor kon ik in Suriname vier bedrijven aansturen. Voordeel van de ijssalon is dat ik nu niet meer zoveel personeel heb, want dat wilde ik niet meer.”


ADEMHALINGOEFENINGEN

“’s Zomers zijn we zeven dagen open en ben ik er ongeveer van 7.00 tot 24.00 uur. ’s Ochtends zet ik de grondstoffen klaar en maak het ambachtelijke Italiaanse ijs. Dat gaat volgens de prijswinnende recepturen die ik van de vorige eigenaar, Jaap Geleijnse, heb overgenomen. Daarna wordt het terras schoongemaakt en de vitrines klaargemaakt. Afhankelijk van de drukte ga ik meteen werken of eerst sporten, zoals hardlopen, mountainbiken of fitnessen boven de zaak. Ook in de zomer sport ik vrijwel elke dag. Dat zit in mijn systeem, net als aankleden en tandenpoetsen. Hierdoor kan ik het seizoen aan en de druk van een eigen zaak. Nooit sla ik mijn ochtendritueel over: drie glazen lauw water, ademhalingsoefeningen vanuit aikido, mediteren, yoga, rekken, strekken, opdrukken en buikspieroefeningen. Naast alle dynamiek is dat mijn rustpunt.”


DYNAMIEK

“In de vier maanden dat ik dicht ben, wil ik reizen en mij verder ontwikkelen. Die dynamiek heb ik nodig. Ik heb pas een training Neuro Linguïstisch Programmeren (NLP) gevolgd. Waanzinnig. Kernwoord is daarbij bewustwording creëren, want wij mensen doen bijna alles onbewust. Ik pas het toe in mijn sociale leven en in mijn werk.”

MARCO VERSPETEN (SAILOR’S INN, BRUINISSE)

Samen met zijn vrouw Iris en haar ouders runt kok Marco Verspeten Brasserie Sailor’s Inn aan de jacht­haven in Bruinisse. Af en toe ontvlucht hij als sportvisser de hectiek van het werk.

“Normaal gesproken begint het seizoen 1 mei, maar ook dan proberen mijn vrouw en ik zo lang mogelijk twee dagen vrij te houden. Om actief te zijn mountainbike ik. Dan breng ik eerst de kinderen naar school en rijd daarna een route van zo’n 20 km. Meer kan niet, want ik moet op tijd op de zaak zijn. Een mooie route is langs de zeedijk: van Zijpe richting Ouwerkerk en dan via de polder terug. Ik probeer twee keer in de week te fietsen, maar niet met slecht weer.”


BELLY BOAT

“Verder ben ik al sinds mijn jeugd sportvisser. Dat is meer voor de innerlijke rust. Ik vis vooral op het zoete water, zoals het Volkerak, Haringvliet en het Zoommeer bij de Oesterdam. Ik vis op roofvissen, zoals snoekbaars en baars. Dat is nooit voor de pan. Het is ‘catch and release’. Ik wel later met mijn zoon ook nog kunnen vissen. Ik doe het voor de trofee: een zo groot mogelijke vis vangen, foto maken en dan weer vrijlaten.”

“Ik heb een belly boat. Dan heb ik een pak aan, zit op een stoeltje en zit vanaf mijn kuitbeen in het water. Met mijn voeten breng ik de boot in beweging. Dan ben ik echt actief aan het jagen. Niet dat ik veel kilometers maak, maar ik ben constant bezig met gooien, met de stroming en om op een bepaalde plek te komen. Als er geen stroming is, jagen de vissen niet en bijten ze dus niet. Door ervaring weet ik ze wel op te zoeken.”


CREATIEF

“In rustiger periodes vis ik soms wel twee à drie keer in de week. Dat zijn sessies van zo’n zes uur en ben ik alleen met vissen bezig. Dat geeft innerlijke rust. Ik word er creatiever van. Op het water krijg ik nieuwe energie en inzichten. In het hoogseizoen, in juli en augustus, werken mijn vrouw en ik zeven dagen in de week. Dat is van 9.30 uur ‘s ochtends tot sluiting. Dat is de ene keer 23.00 uur, de andere keer 01.00 uur. Dan heb ik daarvoor geen tijd. Soms vis ik dan wel vanaf de kant.”

Deel dit artikel:

Portret